HOME INLEIDING OPDRACHT VERWERKING BRONNEN AFSLUITING DOCENT
 

Emigratie naar Nederland


Surinamers in Nederland
Tegenwoordig zijn de Surinamers niet meer weg te denken uit de Nederlandse samenleving. Denk bijvoorbeeld aan de vele voetballers als Clarence Seedorf, Roystone Drenthe, Patrick Kluivert, Ryan Babel, Edgar Davids en Ruud Gullit. Zo'n 400.000 Surinamers wonen in Nederland, en dat is iets minder dan de helft van alle Surinamers die er zijn. De Surinamers in Nederland wonen vooral in de randstad in steden als Amsterdam, Den-Haag, Rotterdam en Utrecht. Hieronder staat de geschiedenis van de Surinaamse emigratie naar Nederland.


In 2007 werd jong Oranje voor de tweede keer op rij Europees kampioen. Er zaten toen veel Surinamers in het elftal. Toen ze tijdens de ereronde met Surinaamse vlaggen rondliepen werd de bondscoach De Haan boos.

De emigratie in de jaren '50 en '60 van de twintigste eeuw
Voor de Tweede Wereldoorlog was het aantal Surinamers in Nederland zeer klein. De enkeling die voor langere tijd naar Nederland kwam, was creools en kwam uit de maatschappelijke bovenlaag. Deze mensen gingen in Nederland een opleiding volgen. In de jaren vijftig en zestig kwamen er meer Surinaamse studenten in Nederland studeren. Er kwamen ook enkele geschoolde werknemers. Zij waren met name creolen uit de bovenlaag van de Surinaamse samenleving. De Javanen en Hindostanen woonden met name op het platteland en waren niet in staat een reis naar Nederland en een Nederlandse opleiding te betalen.

De emigratie eind jaren '60 en begin jaren '70 van de twintigste eeuw
Aan het einde van de jaren '60 van de afgelopen eeuw veranderde de Surinaamse emigratie naar Nederland. Veel Surinamers hadden al familieleden in Nederland, die in hun brieven een zeer rooskleurig beeld gaven. Velen raakten ervan overtuigd dat het leven in Nederland beter was dan in Suriname. De lonen waren er beter en als je werkloos werd zorgde de Nederlandse verzorgingsstaat toch nog dat je een inkomen kreeg.

Inmiddels kwamen naast studenten en geschoolde werknemers een veel groter aantal Surinamers die geen of weinig opleiding hadden gehad. Dit waren niet alleen creolen uit de lagere klasse, maar ook veel Hindostanen en Javanen. Veel van hen hadden de hoop in Nederland een studie te beginnen wat in de meeste gevallen niet lukte. In tegenstelling tot de andere Surinamers in Nederland, kon deze nieuwe groep migranten zich moeilijk aanpassen aan de Nederlandse samenleving. De meesten hadden weinig opleiding en spraken slecht Nederlands en zochten naar iets vertrouwds. Hierdoor gingen ze juist vastklampen aan hun eigen volkscultuur.

Nederlanders gaan Surinamers zien als een problematische groep
Veel Surinamers dachten dat ze in Nederland gemakkelijk een goed betaalde baan konden krijgen. Er bleek echter alleen werk te zijn als ongeschoold arbeider. Vanaf het begin van de jaren '70 van de vorige eeuw werd het moeilijk om als ongeschoold arbeider aan een baan te komen. Vanwege een economische crisis was er weinig werkgelegenheid. Surinamers hadden hier als 'buitenstaanders' als eerste last van en kwamen daarom in de bijstand terecht. Sommigen probeerden toch wat geld te verdienen door te werken in de prostitutie en de drugshandel. Door dit alles ontstonden er bij veel Nederlanders vooroordelen over de Surinamers in Nederland. Zo waren veel mensen van mening dat de Surinamers alleen maar naar Nederland kwamen om te profiteren van de verzorgingsstaat.

1975: de Surinaamse emigratie naar Nederland bereikt een hoogtepunt
Meer dan de helft van alle Surinamers die naar Nederland kwamen, kwamen van 1974 tot 1980. Het topjaar was 1975 met bijna 40.000 personen. De oorzaak hiervan was het onafhankelijk worden van Suriname. Bijna een derde deel van de Surinaamse bevolking ging op de vlucht voor de onafhankelijkheid. Veel Hindostanen en Javanen waren bang dat de creolen te veel macht zouden krijgen in de overheid, en dat ze andere bevolkingsgroepen zouden overheersen en onderdrukken. Veel Hindostaanse en Javaanse boeren, die totaal niet waren voorbereid op een leven in Nederland, namen het vliegtuig naar Nederland.
Daarnaast waren er ook veel creolen die geen vertrouwen hadden in de onafhankelijkheid van Suriname, omdat ze dachten dat ze het economisch gezien nooit zonder steun van Nederland zouden gaan redden.

1976-1980: de emigratie na de onafhankelijkheid
Na het onafhankelijk worden van Suriname werd het aantal migranten minder. Vanwege ontwikkelinggsgeld uit Nederland hadden veel Surinamers vertrouwen in de toekomst. Maar in 1979 en 1980 besloten een heleboel Surinamers alsnog te vertrekken naar Nederland. De reden hiervoor was in de eerste plaats dat ze toch teleurgesteld waren in de onafhankelijkheid. Het Nederlandse ontwikkelingsgeld had Suriname nog niet tot ontwikkeling kunnen brengen. Een hoop Surinamers hadden geen werk en leefden armoedig, terwijl de kleine groep het ontwikkelingsgeld voor Suriname in eigen zak stopte. Daarnaast hadden Suriname en Nederland afgesproken dat Surinamers tot 1980 in Nederland mochten gaan wonen, zonder verblijfsvergunning aan te hoeven vragen. Veel Surinamers besloten op het laatste moment toch nog naar Nederland te trekken, om Nederlander te worden nu het nog kon.


Markt in de Amsterdamse Bijlmer. Aan het achterse kraampje wappert de Surinaamse vlag.

De emigratie na 1980
Hoewel na 1980 Surinamers zich niet meer vrij mochten vestigen, kwamen er toch nog Surinamers naar Nederland. Nadat Desi Bouterse in 1980 een staatsgreep waren er veel Surinamers die als politieke vluchtelingen naar Nederland kwamen. Vooral na de decembermoorden in 1980 vluchtten veel mensen naar Nederland. Daarnaast zorgde de gezinsvereniging voor de komst van veel Surinamers. Voor 1980 waren veel Surinamers naar Nederland getrokken, terwijl vrouwen en kinderen achterbleven in Suriname. Zij mochten na 1980 naar Nederland komen.

Tegenwoordig vindt er weinig immigratie van Surinamers meer plaats in Nederland.
Er bestaan hier tegenwoordig gelukkig nog maar weinig vervelende vooroordelen over Surinamers.

 

Terug